Een huurovereenkomst naar zijn aard van korte duur kent geen huurbescherming. Dat volgt uit artikel 7:232 lid 2 BW. In de jurisprudentie is al lange tijd uitgemaakt dat deze betekenis slechts toekomt aan vakantieverblijven en tijdelijk verblijf in een noodsituatie. Marie-Christine Veltkamp-van Paassen, vastgoedadvocaat bij GMW Advocaten gaat in op de actuele ontwikkeling dat vastgoedbedrijven steeds vaker kortlopende huurcontracten opstellen.
Bron:
| Vastgoedjournaal
Bekijk het gehele artikel