Het overheidsbeleid dat tot meer betaalbare nieuwbouwwoningen moet leiden, lijkt daar niet in te slagen. Het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) concludeert dat de overheid haar eigen doelstelling van twee derde betaalbare nieuwbouw niet haalt.
Het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) deed onderzoek naar de effecten van beleidsmaatregelen zoals de betaalbaarheidseis en huurregulering op de betaalbaarheid en beschikbaarheid op de woningmarkt. Het kabinet heeft een duidelijk doel: twee derde van de nieuwbouwwoningen moet betaalbaar zijn om de woningmarkt toegankelijker te maken. Maar volgens het EIB leiden genomen maatregelen juist niet tot meer betaalbaarheid op de totale woningmarkt.
Gebrek aan doorstroming
Het probleem zit volgens het EIB vooral in de doorstroming: jonge stellen die al een betaalbare woning bezitten, krijgen onvoldoende prikkels om door te stromen naar een andere woning. En in betaalbare nieuwbouw gaan met name starters wonen, die geen woning achterlaten. Hierdoor komen er minder woningen vrij. Veel gemeenten hanteren nu het beleid dat twee derde van de woningen betaalbaar moet zijn. Het is volgens EIB-directeur Taco van Hoek beter om dat los te laten en ook duurdere woningen te bouwen om zo de doorstroming te bevorderen.
Meer aandacht voor middensegment
Het is volgens het EIB niet genoeg om alleen de focus te leggen op betaalbare woningen in de nieuwbouw. Er moet ook meer aandacht komen voor het middensegment van de woningmarkt: tussen de 400.000 en 500.000 euro. Het aanbieden van woningen in dit prijssegment helpt niet alleen om de doorstroming te bevorderen, maar creëert ook ruimte voor jonge stellen om samen te gaan wonen, die vaak een of twee betaalbare woningen achterlaten.
Regie van lokaal naar landelijk
Een andere punt van het EIB maakt, is de grote rol van de gemeenten in het betaalbaarheidsbeleid. Veel gemeenten hanteren de eis van twee derde betaalbare nieuwbouw, maar volgens het instituut is het effectiever als het beleid centraal gecoördineerd wordt. De onderzoekers pleiten voor een landelijk beleid in plaats van lokaal beleid omdat gemeenten vaak onvoldoende in staat zijn om een evenwichtig woningaanbod te realiseren.
Huurprijsregulering geen oplossing
Het reguleren van de huurprijzen is ook onderdeel van het betaalbaarheidsbeleid. Volgens de EIB zorgt dat in eerste instantie inderdaad voor betere betaalbaarheid, maar ook voor veel verstoringen op de woningmarkt. De vrije huursector krimpt aanzienlijk en dat betekent dat in dat segment nog minder woningen beschikbaar zijn en de prijzen oplopen. De kern van het probleem in de huurregulering ligt volgens het EIB minder bij het uitponden van gereguleerde huurwoningen. Dit omdat de kopers voor een groot deel doorstarters zijn die betaalbare huur- en koopwoningen achterlaten. Het EIB meent dat de betaalbaarheid meer gediend is bij meer woningaanbod gecombineerd met specifiek beleid gericht op huurexcessen.
Wat voor woningen laten doorstarters achter? Bron: EIB
Focus op brede nieuwbouw
Het EIB concludeert dat de betaalbaarheidsmaatregelen in de nieuwbouw niet het gewenste effect hebben op de woningmarkt en dat de focus moet liggen op het bouwen van meer woningen in diverse segmenten, zodat de doorstroming op de woningmarkt wordt bevorderd. Daarbij speelt bovendien dat meer dan een derde van de geplande nieuwbouw directe bedreiging kent van stikstofregels, zoals bleek uit een recente analyse van Bouwend Nederland.
Bron: EIB: betaalbaarheidsbeleid in nieuwbouw faalt | Vastgoedactueel
Bekijk het gehele artikel