Uit optoppen valt meer te halen, vindt demissionair minister Hugo de Jonge (Volkshuisvesting). Daarom komt hij met een landelijk aanpak. De bewindsman verwacht dat door het optoppen van vooral lage appartementengebouwen zo’n 100.000 extra woningen zijn te realiseren.
In een brief aan de Tweede Kamer schrijft De Jonge dat hij met een landelijk plan belemmeringen wil wegnemen om in na-oorlogse wijken en buurten extra woonlagen te maken op bestaande woongebouwen. Het gaat dan vooral om drie- en vierlaagse appartementencomplexen.
Uit gesprekken die De Jonge had met provincies, gemeenten, corporaties, marktpartijen en wetenschappers blijkt dat er nogal wat beren op de weg zijn. Het ontbreekt bijvoorbeeld aan goede praktijkvoorbeelden waar gemeenten en huiseigenaren enthousiast van worden. Ook is er onvoldoende inzicht in kosten en opbrengsten op de lange termijn. Bovendien is er nog veel onbekendheid bij zowel bewoners als de lokale politiek over optoppen.
Opschalen en standaardiseren
In het plan van aanpak draait het om faciliteren, opschalen en standaardiseren. De minister wil mogelijkheden faciliteren door duidelijker beleid en kennisontwikkeling. Opschalen moet gebeuren door met gemeenten, marktpartijen en corporaties concrete afspraken te maken. Daarnaast moet er standaardisatie komen in industriële woningbouw en de processen en middelen die nodig zijn.
Afgelopen oktober is al een project gestart dat optoppen moet bevorderen: Optop2000. Dat gaat om een bundeling van projecten die bij elkaar 2.000 nieuwe woningen moet opleveren. Daarvoor is een netwerk opgezet van gemeenten, bouwbedrijven, VVE’s, corporaties en investeerders die hun ervaringen delen. De overheid wil zo inzichtelijk maken wat nodig is om optoppen op grotere schaal tot een succes te maken.
Effectiviteit van optoppen
Over de effectiviteit van optoppen om de woningnood tegen te gaan, verschillen de bevindingen. Ruimtelijk adviesbureau Stec Groep deed eind vorig jaar een onderzoek waaruit bleek dat optoppen in Zuid-Holland 29.000 extra woningen zou kunnen opleveren. Vooral in deze provincie zijn er veel lage flatgebouwen die geschikt zijn om een extra woonlaag op te bouwen.
Bouworganisatie WoningbouwersNL plaatste daar kanttekeningen bij. Veel plannen ketsen af op bestaande regelgeving bij gemeenten en provincies, gaf de organisatie aan. Woningen die voor 1965 zijn gebouwd vallen sowieso af, omdat die onvoldoende draagkracht hebben.
Bron: Optoppen krijgt landelijke aanpak | Vastgoedactueel
Bekijk het gehele artikel